Een goudsmid is een metaalbewerker in het vervaardigen van juwelen en andere sier- en kunstvoorwerpen van edele metalen, zoals goud, zilver, platina en palladium. Ook het gebruik van onedele metalen, indien gewenst denk hierbij aan zirkonium, titanium enzovoort. Een meestergoudsmid is een goudsmid die het traject heeft doorlopen als leerling, daarna als gezel en uiteindelijk als meester is afgestudeerd in het vak van goudsmid.
De edelsmeedkunst heeft een lange geschiedenis. Aangezien de meeste metalen zich goed laten conserveren - ook na eeuwenlang begraven te zijn geweest - zijn er relatief veel producten van edelsmeedkunst bewaard gebleven van vrijwel alle beschavingen die bekend waren met metaal.
Goudsmeden gebruiken al sinds eeuwen dezelfde methoden om edelmetalen te bewerken. Deze metalen worden in de regel als legering verwerkt, wat de hardheid, sterkte en duurzaamheid ten goede komt. Het maken en bewerken van producten van goud en edelmetalen is arbeidsintensief. Een goudsmid bewerkt zijn/haar metalen met gespecialiseerde gereedschappen, waarbij meestal verhitting van het metaal noodzakelijk is.
Gieten en hameren zijn de basistechnieken die worden toegepast om een klomp edelmetaal in een bepaalde vorm te dwingen. Bij het gieten van edelmetalen wordt, net als bij het bronsgieten, de verlorenwasmethode cire perdu, gebruikt. Gehamerd wordt met een goed gepolijste hamer, om sporen te voorkomen op de edelmetalen plaat.
Zagen is een bewerking waar men met iedere beweging van de zaag een kleine hoeveelheid materiaal wegneemt (verspaant). Knippen is een bewerking waarbij geen materiaal verloren gaat. In vroeger dagen werd het te bewerken metaal gesneden met een beitel. Vooral de Romeinen gebruikten deze techniek, die later werd overgenomen door de Byzantijnen. Deze techniek wordt hier niet veel meer gebruikt, omdat hij slechts op dun materiaal kan worden toegepast. Tegenwoordig gebruikt de goudsmid voor het bewerken van plaatmateriaal meestal een schaar, plaatschaar of guillotineschaar. Bij het knippen zal de snede echter vervormen. Derhalve is deze techniek in de meeste gevallen niet precies genoeg. De moderne goudsmid zal daarom in de meeste gevallen zijn materiaal zagen. Hiervoor gebruikt hij een zaagbeugel.
Ronde gaten kunnen geboord worden met diverse boren. Dit kan een doel op zichzelf zijn, bijvoorbeeld als decoratie, maar ook om in het materiaal een beginpunt voor een zaagsnede te maken. Er bestaan vele soorten vijlen in diverse vormen en diverse grofheden van basterd tot zoet. De meest bekende soorten zijn: blokvijl, driekantige vijl, rondvijl, mesvijl, halfronde vijl, scharniervijl, barettevijl, dakvijl en de vogeltongvijl. Vijlen is een techniek waarbij men met iedere beweging van de vijl een kleine hoeveelheid materiaal wegneemt (verspaant). Men vijlt om iets vorm te geven, om een ruwe rand glad te maken of om een deel passend te maken op een ander deel van het werkstuk.
Solderen is een techniek om twee of meer edelmetalen delen te verbinden. Dit wordt gedaan door de te solderen delen te verwarmen en het soldeer als verbindingsmiddel er tussen te laten vloeien. Hierbij wordt gebruikgemaakt van een vloeimiddel, traditioneel borax. Het soldeer is meestal een legering van een edelmetaal gelijk aan dat van het werkstuk. Wanneer bij een werkstuk onedel metaal gebruikt wordt, kan het niet gekeurd worden door een waarborgkantoor, en mag het derhalve niet als een edelmetalen werkstuk worden gestempeld.
Edelmetaal kan worden gebogen en zo in een gewenste vorm worden gebracht. Voor het buigen kan men gebruikmaken van hulpmiddelen zoals een tang, tribulet of een ander voorwerp met een vorm die men over wil brengen in het werkstuk. Het metaal kan tot op zekere hoogte maar in één keer vervormd worden. Wordt het metaal te ver vervormd dan zullen er scheurtjes in het werkstuk ontstaan. Om dit te voorkomen moet men het werkstuk bij herhaling gloeien om de kristallijn structuur te ontlasten en verder vervormen mogelijk te maken.
Tegenwoordig behoort het 3D-printen ook tot de technieken van goudsmeden. Op de computer wordt een driedimensionale tekening gemaakt en deze kan geprint worden in een speciale was. Door middel van slingergieten (verloren wasmethode) kan het model omgezet worden in onder andere zilver, goud en platina, enz.
Drijven is een vergelijkbare techniek als het hameren bij de basistechnieken, alleen gebeurt dit met fijnere instrumenten om een decoratie in het oppervlak aan te brengen. Bij ciseleren wordt in plaats van een bolhamer een centerponsje gebruikt, waarbij als ondergrond pek of lood wordt gebruikt. Bij graveren wordt met een graveersteker een dun stukje metaal uit edelmetalen gestoken. Het voorwerp kan verder worden versierd met bijvoorbeeld filigrainwerk, emaille, inlegwerk of het zetten van edelstenen.